de aspirant zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ɑspi'rɑnt ] Afbreekpatroon: as·pi·rant Verbuigingen: aspiranten (meerv.) de aspirant - e zelfst.naamw. Uitspraak: [ ɑspi'rɑnt - ə ] Afbreekpatroon: as·pi·rant Verbuigingen: aspiranten (meerv.) 1) laagste rang bij de politie Voorbeelden: 'Politieambtenaren in opleiding krijgen de ...
1) Potentieel 2) Jonge sportbeoefenaar 3) Jonge beoefenaar 4) Gegadigde 5) Jonge sporter 6) Kandidaat 7) Aankomend 8) Aankomend lid 9) Aanzoeker 10) Laagste rang 11) Geïnteresseerde 12) Ongeoefend 13) Jeugdlid van sportvereniging 14) Jeugdig lid van een vereniging 15) Jeugdige sportbeoefenaar 16) Jeugdlid van een sportvereniging 
aanzoeker
Let op: Spelling van 1858 een dinger, aanspraakmaker. Aspiratie, de verscherpte uitspraak eener letter. Aspireren, naar iets dingen, streven; verscherpt uitspreken
Vers van de balletacademie krijg je, na auditie te hebben gedaan een contract voor twee jaar. Aspirant ben je het eerste jaar, je doet ervaring op in kleine rollen en je mag af en toe meedoen, achterin het corps de ballet .
kandidaat, iemand die dingt naar een rang of betrekking (toon de herkomst via de etymologiebank)
politierang, die wordt toegekend aan politieambtenaren die worden opgeleid binnen het initieel politieonderwijs
kandidaat