de aanhoorder zelfst.naamw. (m.) luisteraar, toehoorder, hoorder Spreekwoorden en zegswijzen • er zouden geen achterklappers zijn waren er geen aanhoorder s (=er wordt alleen geroddeld als er ook naar geluisterd wordt) Naar de spreekwoorden ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/aanhoorder