de actualiteit zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ɑktywali'tɛit ] Afbreekpatroon: ac·tu·a·li·teit Verbuigingen: actualiteiten (meerv.) 1) toestand dat iets actueel is Voorbeeld: 'de actualiteit van de data' 2) wat actueel of nieuws is Voorbeeld: 'in je krantencolumn inhaken op de actualiteit' 6 definities...
1) Bestaande toestand 2) Gebeurtenis 3) Gebeurtenis van de dag 4) Nieuws 5) Nieuws van de dag 6) Nieuwsfeit 7) Nieuwswaarde 8) Onderwerp van de dag 9) Tegenwoordige toestand 10) Werkelijkheid 11) Wezenlijkheid 1) Gebeurtenis 2) Nieuws 3) Nieuwswaarde 4) Toestand 5) Werkelijkheid 
onderwerp van de dag (toon de herkomst via de etymologiebank)
een onderwerp of gebeurtenis die in het nieuws is vb: we kijken naar de actualiteiten op de televisie
Def.: datum laatste update in verhouding tot aantal wijzigingen per tijdseenheid (of mate van wijzigingen). Toelichting: BV: Gegevens zijn 1 jaar geleden opgenomen, er zijn 100 wijzigingen in een jaar, dus op 1 juli ongeveer 50 incorrecte coderingen óf Hoogtebestand is 5 jaar oud, bodemdaling is ongeveer 1 mm per jaar dus de hoogtes ...
onderwerp van de dag
gebeurtenis van de dag, van het ogenblik; het aan de orde zijn
De mate waarin iets actueel, bij de tijd, aan de orde of in het nieuws is.