adverteren werkw. Uitspraak: [ ɑtfərˈterə(n) ] Afbreekpatroon: ad·ver·te·ren Vervoegingen: adverteerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft geadverteerd (volt.deelw.) een advertentie plaatsen Synoniemen: aankondigen aankondiging aantrekken advertentie annonce annonceren annoncering per advertentie aanbieden per advertentie aankond...
1) Aankondigen 2) Aankondiging 3) Aanprijzen 4) Aantrekken 5) Advertentie 6) Annonce 7) Annonceren 8) Annoncering 9) Bekendmaken 10) Bekendmaken in de krant 11) Bekendmaken in een krant 12) Een advertentie plaatsen 13) Reclame maken 14) Werven 15) Winactie 1) Aankondigen 2) Aankondiging 3) Aantrekken 4) Advertentie 5) Annonceren 6) Annoncering 7) Bekendmaken 8) Berichten 9) Pousseren 10) Propageren 11) Werven 
bekend maken.
Let op: Spelling van 1858 averteren, berigten
Adverteren is te beschouwen als een onderdeel van de reclamevoering. Het gaat hierbij niet alleen om advertenties, maar in beginsel om een veelheid van massacommunicatie. (zie Olsthoorn en van der Velden 1996: 212)
een advertentie plaatsen vb: ons bedrijf adverteert wekelijks voor nieuwe werknemers
• [ov] tegen betaling kennisgeven van iets in de media. • tweede betekenisomschrijving • enz.
openbaar bekendmaken
Een boodschap via de media bekend maken aan het publiek.