
afleggen werkw. Uitspraak: [ ˈɑflɛxə(n) ] Afbreekpatroon: af·leg·gen Vervoegingen: legde af (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft afgelegd (volt.deelw.)
1) (een weg) gaan Voorbeeld: 'We hebben de wandelroute in een half uur afgelegd.'
2) (iets) doen Voorbeelden: 'een verklaring afleggen' , 'een eed afleggen'...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/afleggen

1) Afdoen 2) Ongeslachtelijke voortplanting 3) Afzetten 4) Omkomen 5) Doen 6) Overdrijven 7) Doorgaan 8) Vorm van planten vermeerderen 9) Voorbegraven 10) Overgaan 11) Woekeren 12) Ten onder gaan 13) Afgorden 14) Neerleggen 15) Aflaten 16) Aflopen 17) Afwennen 18) Uitschudden 19) Uitstellen 20) Uittrekken
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Afleggen/1
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] een lijk ontkleden en in de doodswade hullen. Ook: sterven.
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/beer004woor01_01/beer004woor01_01_0005.php

1.doen, verrichten, volbrengen. Voorbeeld: ‘
Ze legde de bezigheid af van een volslagen stalmeid’ Voorbeeld: ‘
Tegen dat 't vijf ure wekkerde en hij naar de boer moest, was de bezigheid afgelegd’ 2.(van een lijk) het reinigen en met het doodsgewaad bekleden Voorbeeld: ‘
Zouden ze hem nu komen afleggen?’ 3.(fig.) aflos...
Gevonden op
https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0004.php

Een wijze van vegetatieve vermeerdering, waarbij een tak zo in de grond gebogen wordt, dat zijn top weer boven de grond uitkomt. Kan o.a. bij hazelaar (Corylus avellana), druiven (Vitis vinifera) en klimplanten toegepast worden. Zie ook rubriek vermeerdering.
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10200

(
Bargoens, 1914) afloeren
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10741
Uit `De lagere vaktalen: De tabakbewerkerstaal` 1914 aan gewicht verliezen (aan stelenverlies b.v.).
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10742
Uit `De lagere vaktalen: Taal van kuipers, klompenmakers en kurkensnijders` 1914 ziet maat.
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10742

Spreekwoorden: (1914)
Het afleggen.Een verzachtende uitdrukking voor sterven, eig. het leven afleggen (lat. ponere vitam; eng. to lay down one's life), veelal met het bijdenkbeeld van het lijden, dat er mede gepaard gaat en waarvan de mensch door den dood wordt ontheven; ook: in zijne pogingen bezwijken; niet bestand bli...
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/10778

(Amsterdams) iemand in de gaten houden, bespioneren
Gevonden op
https://encyclo.nl/lokaal/11482
[Bargoens, boeventaal] beloeren, ongemerkt nagaan, verkennen. De russen (rechercheurs) hebben hem afgelegen (beloerd). Dat spiese (huis) moet eerst afgelegen worden. Een smeris legt je af. (Een agent bespiedt je).
Gevonden op
https://gutenberg.org/cache/epub/28715/pg28715-images.phpl
het doen vb: wanneer moet je dat examen afleggen?
tot het einde volgen vb: we legden tien kilometer af
een dode verzorgen vb: de dode werd door de verpleegster afgelegd
van iemand verliezen vb: hij moest het afleggen tegen deze reus
Gevonden op
https://mowb.muiswerken.nl/

•het voorbereiden van de overledene(n) op de begrafenis. •afstand overbruggen. •"~ tegen": verliezen van
Gevonden op
https://nl.wiktionary.org/wiki/afleggen

1. terugbetalen; 2. onttakelen (van schepen).
Gevonden op
https://resources.huygens.knaw.nl/vocglossarium/

neerleggen; een tak ombuigen en met aarde bedekken, zodat hij wortel kan schieten; verrichten
Gevonden op
https://uitleenwoordenbank.ivdnt.org/index.php/uitleen/zoek_gecombineerd_ca

Het toonbaar maken van de overledene, bijvoorbeeld wassen, kleden en het haar fatsoeneren. Meestal wordt dit gedaan door de nabestaanden en-of de uitvaartverzorger.
Gevonden op
https://uitvaartverzekeringwijzer.net/begrippenlijst/

Afleggen is een vorm van ongeslachtelijke vermeerdering. Een scheut van de wijnstok wordt voor een deel begraven, maar wel zo dat zijn top weer boven de grond uitsteekt. Het ondergrondse stuk van de scheut zal wortels gaan vormen waardoor een nieuwe plant ontstaat met een eigen wortelstructuur. De nieuwe plant heeft exact hetzelfde DNA als de plant...
Gevonden op
https://wijnwetenschap.nl/wijnwoordenboek/afleggen/

1> van het land af keren, vertrekken. Dus het tegengestelde van aanleggen . 2> recht van afleggen hebben : dat wil zeggen dat schepen in eigen haven bij het laden voor gaan op de schepen, die van buiten de plaats komen. Het recht van voorladen hebben. Dit recht is eind 16de eeuw afgeschaft. Bron. Historische woordenboeken op gtb.ivdnt.org. .
Gevonden op
https://www.binnenvaarttaal.nl/zoek.php?woord=afleggen
Geen exacte overeenkomst gevonden.