afvoerbuis zelfst.naamw. (de) Afbreekpatroon: af·voer·buis Verbuigingen: afvoerbuizen (meerv.) Verbuigingen: afvoerbuisje (verkleinwoord) pijp waarmee men overvloedige vloeistof kan laten wegvloeien Voorbeeld: 'De afvoerbuis van de wastafel was verstopt door de lange haren van de vrouwen die boven de wastafel hun haren kamden.' . Synoniem...
1) Aflaatpijp 2) Afwateringsbuis 3) Deel van de riolering 4) Ductus 5) Goot 6) Gootpijp 7) Loospijp 8) Overvloeibuis 9) Regenpijp 10) Riool 11) Rioolpijp 12) Spui 13) Uitloop 14) Uitwatering 1) Afwateringsbuis 2) Cloaca 3) Drain 4) Ductus 5) Goot 6) Gootpijp 7) Kanaal 8) Loospijp 9) Pijp 10) Regenpijp 11) Riolering 12) Riool 13) Rioolpijp 14) Sloot 15) Spui 16) Uitloop 17) Uitwatering 18) Valpijp 19) Zwanenhals 
Buis waarmee vuilwater of hemelwater kan worden afgevoerd.