de alligator zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ɑli'xatɔr ] Afbreekpatroon: al·li·ga·tor Verbuigingen: alligators (meerv.) krokodil met een opvallend brede snuit Voorbeeld: 'Van de huid van de Amerikaanse alligator wordt krokodillenleer gemaakt.' 5 definities...
1) Amerikaans dier 2) Amerikaanse krokodil 3) Dier 4) Groot waterreptiel 5) Kaaiman 6) Krokodil 7) Krokodilachtig dier 8) Krokodilachtige 9) Krokodillensoort 10) Kruipend dier 11) Reptiel 12) Roofdier 13) Water 1) Kaaiman 2) Krokodil 
Let op: Spelling van 1858 Amerikaansche krokodil (kaiman)
krokodilachtige uit de familie der Alligatoridae (toon de herkomst via de etymologiebank)
krokodilachtig reptiel met een tamelijk breed, plat lichaam met poten aan de zijkant, een geschubde huid, een lange staart en een lange bek met stompe snuit en veel tanden, die deels op het land en deels in het water leeft in grote delen van Amerika en in kleine delen van oostelijk China
• [dierkunde] een grote krokodilachtige uit het geslacht "Alligator".
krokodilachtige