arriveren werkw. Uitspraak: [ ɑri'verə(n) ] Afbreekpatroon: ar·ri·ve·ren Vervoegingen: arriveerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: is gearriveerd (volt.deelw.) komen waar je moet zijnformeel Voorbeeld: 'We zijn om 8 uur 's avonds op onze vakantiebestemming gearriveerd.' Synoniem: aankomen Synoniemen: aanbelanden aankomen a... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/arriveren
na een reis ergens komen vb: onze gast is zojuist gearriveerd Synoniem: aankomen Tegenstellingen: vertrekken weggaan opbreken Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=arriveren