de babyboomer zelfst.naamw. (m./v.) Uitspraak: [ 'bebibumər ] Afbreekpatroon: ba·by·boo·mer Verbuigingen: babyboomers (meerv.) iemand die geboren is tussen 1945 en 1965 Voorbeeld: 'Babyboomers zijn geboren tijdens de geboortegolf na de Tweede Wereldoorlog.' 3 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/babyboomer