bedreigen werkw. Uitspraak: [ bəˈdrɛixə(n) ] Afbreekpatroon: be·drei·gen Vervoegingen: bedreigde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft bedreigd (volt.deelw.) (iemand) bang maken door iets te zeggen of te doen Voorbeeld: 'iemand bedreigen met een pistool' bedreigde dieren en planten (dieren en planten die met uitsterven worden bedrei... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/bedreigen