1> een schip, dat bij een ander schip in de buurt voor anker ligt of dat langszij van een ander schip gemeerd is. Ook bijlegger geheten. 2> een schip dat in dezelfde richting vaart. Het tegengestelde van tegenligger. Gerelateerde term: oploper. Ook bijlegger genoemd. 3> wind die het zeilen belet. Zie bij bijlegger. 4> BIJLIGGERTJE: vrouwel... Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=bi#bijligger
(1) Schip dat een gedeelte van de vracht van een beurtschipper laadt. (2) De persoon die naast je in de kooi ligt. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10827