bijzetten werkw. Afbreekpatroon: bij·zet·ten Verbuigingen: zette bij Vervoegingen: bijgezet (volt.deelw.) 1) een laatste rustplaats geven Voorbeeld: 'Hij werd bijgezet in het familiegraf.' 2) ''zeilen bijzetten'': zeilen ontvouwen om meer wind te vangen Voorbeeld: 'Er werden nog een aantal zeilen bijgezet omdat de ...
1) Begraven 2) Monteren 3) Neerzetten 4) Plaatsen 5) Toevoegen 6) Zetten 1) Neerzetten 2) Plaatsen 3) Plaatsen bij 4) Toevoegen 5) Zetten 
[Mil. Woordenboek, spelling van 1861 ``Bijzetten``] De zeilen B.; ze losmaken en uitspannen
plaatsen bij andere doden vb: prins Claus is bijgezet in de grafkelder van het koninklijk huis
begraven in een grafkelder; iets bij of naast iets zetten; (verouderd) terzijde stellen
1> van de zeilen: een (extra) zeil hijsen. Vroeger ook bijmaken genoemd. 2> ongebruikelijke term voor het schip, met vaarbomen of pikhaken, tegen de wal duwen. Vroeger ook bijmaken genoemd.
Een zeil uitspannen om dienst te doen.