de boerenkiel zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ burə(n)'kil ] Verbuigingen: boerenkielen (meerv.) ruim vallend, gestreept of blauw hemd dat je met carnaval draagt Voorbeeld: 'een boerenkiel met rode bonte halsdoek' 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/boerenkiel