Zie ook:
bridge

bridgen werkw. Uitspraak: [ brɪdʒə(n), brɪtʃə(n) ] Afbreekpatroon: brid·gen Vervoegingen: bridgede, bridgete (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gebridged, heeft gebridget (volt.deelw.)
bridge spelen Voorbeeld: 'Ze bridgen al jaren.' Zie ook: bridge
Gevonden op
https://woorden.org/woord/bridgen

1) Kaartspel 2) Kaartspel spelen 3) Een bepaald kaartspel spelen
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Bridgen/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.