de buidel zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈbœydəl ] Afbreekpatroon: bui·del Verbuigingen: buidels (meerv.) 1) geldzak Voorbeeld: 'middeleeuwse geldbuidel' diep in de buidel tasten (erg veel geld betalen) 'We moesten voor die aankoop diep in de buidel tasten.' 2) zakvormige huidplooi op de buik bij dieren Voorbeel... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/buidel
Platte buidels van stof met een omzoomde split aan de buitenkant, die worden gedragen hangend aan banden rond de taille Gevonden op https://www.ksart.nl/term/buidel