de buurman zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈbyrmɑn ] Afbreekpatroon: buur·man Verbuigingen: buurmannen (meerv.) man die in het huis naast, boven of onder je woont Voorbeeld: 'De buurman kwam vragen of we even wilden helpen.' Spreekwoorden en zegswijzen • buurman s leed troost (=door het verdriet of de pijn v... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/buurman
1) Gebuur 2) Iemand die naast je woont 3) Iemand die naast ons woont 4) Naaste bewoner 5) Naaste medemens 6) Naastwonende 7) Naber 8) Nabuur 9) Persoon die naast ons woont Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Buurman/1