castreren werkw. Uitspraak: [ kɑsˈtrerə(n) ] Afbreekpatroon: cas·tre·ren Vervoegingen: castreerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gecastreerd (volt.deelw.) ervoor zorgen dat (een man of mannetjesdier) geen kinderen of jongen meer kan verwekken door zijn ballen te verwijderen Voorbeeld: 'een gecastreerde kater' Synoniemen: helpe... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/castreren