de date zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ det ] Afbreekpatroon: dá·te Verbuigingen: dates (meerv.) 1) afspraak met een onbekende, vooral met amoureuze bedoelingen Voorbeeld: 'tips voor wat je wel en niet moet doen tijdens je eerste date' Synoniem: afspraakje 2) persoon met wie je een date (1) hebt Voorbeeld: 'via int... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/date
afspraak met iemand, meestal met de bedoeling dat hieruit een liefdesrelatie voortvloeit; afspraakje met een mogelijke partner; afspraakje Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/date
Een date vormt een Engelse beschrijving van een afspraakje, met een kandidaat-partner. Je gebruikt een date om de ander te leren kennen, er is wat dat betreft sprake van een fase van ontdekken. Gevonden op https://www.vergelijkgratisdatingsites.nl/