defungeren werkw. Uitspraak: [ defʏŋ'xerə(n) ] Afbreekpatroon: de·fun·ge·ren Vervoegingen: defungeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gedefungeerd (volt.deelw.) je functie neerleggenformeel Voorbeelden: 'De heer Bruin is vanaf 2000 tot zijn defungeren in maart 2010 een zeer actief raadslid geweest.' , 'De bewindvo... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/defungeren