vervreemding van zichzelf of van het eigen gevoel (depersonalisatie)
de depersonalisatie zelfst.naamw. (v.) Afbreekpatroon: de·per·so·na·li·sa·tie Verbuigingen: depersonalisaties (meerv.) psychische ziekte met (wanen en) vervreemding van zichzelf . 8 definities
1) Derealisatie 1) Stoornis in het besef van het eigen ik 
• [medisch] psychische ziekte met wanen en vervreemding van zichzelf.
[psychologie en sociologie] Gevoel van vervreemding ten opzichte van zichzelf, naar zichzelf kunnen kijken als naar een vreemde. Verlies van het gevoel dat men is wie men is, met een eigen naam, karakter, gewoonten, bezittingen en dus identiteit. Men voelt zich niet meer als persoon aangesproken en reageert niet meer met ade...
Engels:Depersonalization psychische ziekte met wanen en vervreemding van zichzelf
vervreemding van zichzelf
vorm van dissociatie, waarbij mensen hun lichaam en geest als vreemd en onwerkelijk ervaren
Het wegvallen van de identiteit onder omstandigheden waarbij geen aandacht is voor individuele personen, b.v. in een massa of bij lopende band productie waarbij mensen beschouwd worden als verlengstuk van de machine.
Het vervreemd zijn van eigen lichaam en geest. De persoon beleeft zichzelf niet als vertrouwd, maar als vreemd, eigenaardig en soms zelfs absurd. Dit gevoel kan bij psychiatrische stoornissen in meer of mindere mate aanwezig zijn en is vaak zeer beangstigend.