de dobber zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈdɔbər ] Afbreekpatroon: dob·ber Verbuigingen: dobbers (meerv.) drijvend staafje bij een hengel dat onder water gaat als een vis in het aas bijt Voorbeeld: 'lang naar je dobber turen voor je een vis hebt' een harde dobber hebben aan iets (iets moeilijk vinden) 'Ik heb een harde dobber aan het sc... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/dobber
1) Boei 2) Deel van een hengel 3) Deel van een vistuig 4) Deel van het vissnoer 5) Drijver 6) Hulpmiddel bij het sportvissen 7) Sim 8) Vissersgerei 9) Vlotter Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Dobber/1
1> klein drijflichaam aan een vislijn. Soms ook klos genoemd. 2> onder riviervissers: het geheel van drijflichaam (klos genoemd), steensnoer 1 en hoeksnoer 2. Het geheel wordt ook dogger genoemd. [Links: Diverse termen inzake het vistuig .] Bij de dobbervisserij gebruikte dobbers bestonden uit een gemerkte klos hout of kurk. Ze waren, om de ... Gevonden op https://www.debinnenvaart.nl/binnenvaarttaal/index.php?woord=dev#dobber