buiteling, tuimeling 1.uitdr.: Voorbeeld: ‘duikeling spelen’: verstoppertje spelen, zich verbergen Voorbeeld: ‘De schooljongens waren reeds bezig met duikeling te spelen’ Voorbeeld: ‘Elk hield de handen in de donkere duiker, die rond en rond de kring, bachten de geslotene benen liep. En daarin speelde 't schoentje duikeli... Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0007.php