de duisternis zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ˈdœystərnɪs ] Afbreekpatroon: duis·ter·nis Verbuigingen: duisternissen (meerv.) toestand dat het donker is Antoniem: licht Synoniem: donker Synoniemen: deemstering donker donkerte duister duisterheid hel obscuriteit valavond licht (antoniem) Spreekwoorden en zegswijzen • nu komt er l...
1) Obscuriteit 2) Deemstering 3) Deemsterheid 4) Donkerheid 5) Donker 6) Nacht 7) Hel 8) Deemster 9) Duisterheid 10) Floers 11) Donkerte 
[Let op: Spelling en uitleg uit 1890] (Egyptische) dichte donkerheid. Ontleend aan een der tien plagen van Egypte, (Exodus X:21-23.)
afwezigheid van licht
als zon en lampen niets uitstralen als je weinig kunt zien vb: toen de duisternis viel moesten we naar huis Tegenstelling: licht
'Duisternis' is een begrip dat in figuurlijke en letterlijke zin wordt gebruikt. Er zijn meerdere gradaties van duisternis, afhankelijk van de hoeveelheid lichtuitstraling (intensiteit van straatverlichting, sierverlichting, reclameverlichting e.d.).
•een toestand van weinig of geen verlichting.
afwezigheid van licht