feliciteren werkw. Uitspraak: [ felisiˈterə(n) ] Afbreekpatroon: fe·li·ci·te·ren Vervoegingen: feliciteerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gefeliciteerd (volt.deelw.) (iemand) zeggen dat je het fijn vindt dat hij of zij iets goeds beleeft Voorbeelden: 'hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag' , 'iemand feliciteren met zijn ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/feliciteren