een fijn snoetje hebbende - Voorbeeld: ‘Muizen moest hij verdelgen, want ze deden te veel schade, maar dat was nu een zo jong en onervaren pimpernelletje, zo'n pertig, fijnsnoetig knabbelaarke’ Gevonden op https://dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0009.php