fixeren werkw. Uitspraak: [ fɪk'serə(n) ] Afbreekpatroon: fixe·ren Vervoegingen: fixeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gefixeerd (volt.deelw.) zorgen dat iets of iemand onbeweeglijk vastzit of vast is Voorbeelden: 'patiënten met banden fixeren als ze erg onrustig zijn' , 'de prijs van een product fixeren' Synoniemen: aanstare... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/fixeren
doen vastzitten; onuitwisbaar maken o.a. van een fotografisch beeld ; strak aankijken (toon de herkomst via de etymologiebank) Gevonden op http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/fixeren
onbeweeglijk vastzetten vb: het gebroken been werd gefixeerd met gips strak aankijken vb: hij fixeerde mij met zijn ogen Synoniem: aanstaren met een stof behandelen waardoor het niet meer uit te wissen is vb: zijn deze foto's wel gefixeerd? Gevonden op http://www.muiswerk.nl/mowb/?word=fixeren
•de blik onafwendbaar op iets richten. •een ontwikkeld fotografisch beeld vastleggen door een behandeling met bijvoorbeeld een thiosulfaatoplossing. •de gedachten alsmaar om een bepaalde zaak laten draaien. •tweede betekenisomschrijving. •enz. Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/fixeren
Een materiaal of voorwerp verstevigen, verduurzamen of vastzetten. Categorie: Procédés en Technieken > stabiliseren. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10491
Letterlijk: vastzetten of vastmaken. Het vastzetten van een krul in de vorm waarin het haar is gewikkeld. “Vastleggen” van bijvoorbeeld een föhnkapsel. Fixeren vindt onder andere plaats met behulp van haarlak of haarspray.
Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10648
vastmaken: bij het schilderen van poederende muren deze eerst voorbehandelen met fixeer, om de ondergrond vast te zetten. Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10831