frapperen werkw. Uitspraak: [ frɑ'perə(n) ] Afbreekpatroon: frap·pe·ren Vervoegingen: frappeerde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gefrappeerd (volt.deelw.) iemands aandacht trekken door bepaalde kenmerken Voorbeelden: 'Deze witte wijn frappeert door zijn frisheid.' , 'Het heeft me gefrappeerd dat ze zo rustig bleef bij alle drukt... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/frapperen