het gebak zelfst.naamw. Uitspraak: [ xəˈbɑk ] Afbreekpatroon: ge·bak iets lekkers van gebakken deeg, meestal zoet Voorbeeld: 'appelgebak met slagroom' Synoniemen: banket taart 5 definities...
1) Aalmootje 2) Aardbeientaart 3) Amandelgebak 4) Amandeltaart 5) Ananastaart 6) Apfelstrudel 7) Appelbeignet 8) Appelbol 9) Appelcake 10) Appelcarré 11) Appelflap 12) Appelgebak 13) Appelpunt 14) Appelstrudel 15) Appeltaart 16) Appelvlaai 17) Arretjescake 18) Baba 19) Baiser 20) Baklava 21) Baksel 1) Aalmootje 2) Baksel 3) Banket 4) Baksel voor bij de koffie 5) Bakkersproduct 6) Dessert 7) Fijn baksel 8) Het bakken 9) Iets lekkers 10) Lekkernij 11) Nagerecht 12) Om van te smullen 13) Patisserie 14) Standaardproduct bij bakker 15) Taart 16) Taartje 17) Tulband 18) Zoete lekkernij 
baksel; taart (toon de herkomst via de etymologiebank)
in de oven gebakken lekkernijen, zoals cake, taarten, pasteien en banket
•meestal zoet, bakken
taart
taart