gehaaid bijv.naamw. Uitspraak: [ xə'hajt ] Afbreekpatroon: ge·haaid als je heel handig je zin weet te krijgen Voorbeeld: 'Pas op, dat is een gehaaide tante, die je goed in de gaten moet houden.' Synoniem: gewiekst Synoniemen: achterbaks berekenend doortrapt gemeen geniepig geraffineerd geslepen gevat gewiekst gluiperig leep slinks sluw sn...
1) Achterbaks 2) Bedreven 3) Berekenend 4) Bijdehand 5) Doortrapt 6) Gemeen 7) Geniepig 8) Geraffineerd 9) Geroutineerd 10) Geslepen 11) Gevat 12) Gewiekst 13) Gluiperig 14) Handig 15) Leep 16) Listig 17) Niet dom 18) Slim 19) Slinks 20) Sluw 21) Snedig 22) Snood 23) Stiekem 24) Uitgekookt 25) Uitgeslapen 1) Achterbaks 2) Berekenend 3) Bijdehand 4) Doortrapt 5) Gemeen 6) Geniepig 7) Geraffineerd 8) Geslepen 9) Gevat 10) Gewiekst 11) Gluiperig 12) Handig 13) Leep 14) Slinks 15) Sluw 16) Snedig 17) Snood 18) Stiekem 19) Uitgekookt 20) Uitgeslapen 
gewiekst, geslepen (toon de herkomst via de etymologiebank)
zich op ambitieuze, felle en slimme wijze voor iets inzettend; fel en sluw; geslepen; gewiekst
gewiekst
gewiekst
[Bargoens, boeventaal] flink, ferm, handig, doorkneed. Een gehaaide jongen. Dat gaat hier gehaaid, hoor!