gesjochten bijv.naamw. Afbreekpatroon: ge·sjoch·ten 1) arm Voorbeeld: '(...) en vlucht met zijn dochters weg onderzee...' 2) slechter af, in de aap gelogeerd . 5 definities Gevonden op https://www.woorden.org/woord/gesjochten
Spreekwoorden: (1914) Gesjochten zijn (of zitten) d.w.z. er leelijk aan toe zijn; arm zijn. Het bijv. naamw. gesjochten is een ndl. voltooid deelw. gevormd van het hebr. ww. sjahat, dat slachten beteekent. Vgl. Köster Henke, 21: gesjochten, arm; Het Volk, 18 Oct. 1913, p. 4 k. 1: Ik kende hem al toen hij op de planke... Gevonden op https://www.encyclo.nl/lokaal/10778