het gewoontedier zelfst.naamw. Uitspraak: [ xəˈwontədir ] Afbreekpatroon: ge·woon·te·dier Verbuigingen: gewoontedieren (meerv.) iemand die vasthoudt aan oude gewoonten Voorbeeld: 'De leaserijder is een gewoontedier; dat blijkt uit de keuze van het merk leaseauto, de radiokeuze en een aantal dagelijkse rituelen.' 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/gewoontedier