
goedaardig, zachtmoedig, goedgunstig (VD), zonder vrees - Voorbeeld: ‘
Maar als Nanten de kwajongen ontdekt die in heel 't dorp bekend stond als haantje vooruit in de deugnieterije, en hier goedsjeugdig in 't stro te slapen lag als een onschuldig wicht, was 't raadsel opgelost’
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0010.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.