
de graaier zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: graai·er Verbuigingen: graaiers (meerv.) Verbuigingen: graaiertje (verkleinwoord)
iemand die door middel van al dan niet legale inkomsten zichzelf verrijkt Voorbeeld: 'De bankier is een amorele graaier die het contact met de werkelijkheid heeft verloren.' . Herkomst volgens etymologiebank.nl gr...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/graaier

1) Zakkenvuller
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Graaier/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.