hagelen werkw. Afbreekpatroon: ha·ge·len Verbuigingen: hagelde Vervoegingen: gehageld (volt.deelw.) , het uit de hemel neerkomen van hagelstenen Voorbeeld: 'Het hagelde hard, daardoor raakte de auto beschadigd en barstte de ruit.' . 2 definities... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/hagelen