indertijd bijwoord Uitspraak: [ ɪndərˈtɛit ] Afbreekpatroon: in·der·tijd vroeger Voorbeeld: 'Waar nu dat flatgebouw staat, stond indertijd een kerk.' Synoniem: toen Synoniemen: destijds toen toenmaals toentertijd Gevonden op https://woorden.org/woord/indertijd
in de genoemde of betreffende tijd in het verleden; in die vroegere tijd; toen in een min of meer onbepaalde tijd in het verleden; ergens vroeger; ooit; eens Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/indertijd