
inkleden werkw. Uitspraak: [ ˈɪnkledə(n) ] Afbreekpatroon: in·kle·den Vervoegingen: kleedde in (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ingekleed (volt.deelw.)
vorm geven Voorbeelden: 'Ze wisten het zo in te kleden dat anderen de schuld kregen.' , 'We gaan het buurtfeest anders inkleden.' , 'een subsidieaanvraag zo inkleden dat hij aan ...
Gevonden op
https://www.woorden.org/woord/inkleden

1) In een bepaalde vorm gieten 2) In zekere vorm gieten 3) Inrichten 4) Investeren 5) Mooi voorstellen 6) Omkleden 7) Onder een bepaalde vorm voorstellen 8) Vervatten 9) Voordragen
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Inkleden/1

1) Investeren 2) Omkleden 3) Vervatten
Gevonden op
https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Inkleden/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.