de instapper zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: in·stap·per Verbuigingen: instappers (meerv.) Verbuigingen: instappertje (verkleinwoord) 1) schoen zonder veters Voorbeeld: '- Ik verkeerde in de veronderstelling dat het niet zo goed met hem ging. Het laatste wat ik over hem las betrof een mislukte hartoperatie, maar Willibrord was ... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/instapper
1) persoon die instapt in een voertuig of een ander middel om zich te verplaatsen, zoals bijvoorbeeld een lift 2) schoen zonder veters die men gemakkelijk aantrekt door er in te stappen. Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/instapper