intekenen werkw. Uitspraak: [ ˈɪntekənə(n) ] Afbreekpatroon: in·te·ke·nen Vervoegingen: tekende in (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft ingetekend (volt.deelw.) je officieel aanmelden (voor iets) Voorbeelden: 'Je kunt nog twee weken intekenen voor het college.' , 'intekenen op een afscheidsbundel die nog moet verschijnen' Synoniem...
1) Aanmelden 2) Abonneren 3) Beeldend beschrijven 4) Bestellen 5) Inschrijven 6) Inscriberen 7) Invullen 8) Opgeven 9) Subscriberen 10) Vooruit bestellen 11) Zich verbinden 1) Aanmelden 2) Abonneren 3) Inschrijven 4) Inscriberen 5) Invullen 6) Opgeven 7) Subscriberen 
inschrijven (toon de herkomst via de etymologiebank)