de irritatie zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ɪriˈta(t)si ] Afbreekpatroon: ir·ri·ta·tie Verbuigingen: irritaties (meerv.) 1) keer dat je je ergert Voorbeeld: 'De bemoeizucht van mijn ouders wekt bij mij irritaties op.' Synoniem: ergernis 2) gevoel dat je huid jeukt, prikt of pijn doet, of een geïrriteerde (2) plek
1) Aanstoot 2) Branderigheid 3) Ergernis 4) Geprikkelde stemming 5) Geprikkeldheid 6) Geraaktheid 7) Korzeligheid 8) Kriebels 9) Misnoegen 10) Ontstemming 11) Prikkeling 12) Prikkels 13) Uitslag 14) Verbittering 15) Verontwaardiging 16) Wrevel 
onaangename prikkeling (toon de herkomst via de etymologiebank)
waar je je aan ergert vb: zoveel mensen in één ruimte, dat geeft irritatie Synoniemen: aanstoot ergernis
• [medisch] prikkeling. •ergernis.
onaangename prikkeling
prikkeling of branderigheid
Engels:Irritation prikkeling
prikkeling