de jongeheer zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ jɔŋə'her ] Afbreekpatroon: jon·ge·heer Verbuigingen: jongeheren (meerv.) 1) jonge man of jongenformeel Voorbeelden: 'Een al wat kalende jongeheer kwam ons tegemoet.' , 'Jongeheer, kunt u me zeggen hoe laat het is?' Synoniem: jongeman 2) penis Voorbeeld: 'H... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/jongeheer