Kouter definities

Kouter

1) Babbelaar 2) Boerenwerktuig 3) Bouwland 4) Deel van een ploeg 5) Gereedschap 6) Keuvelaar 7) Klapekster 8) Plaats in Oost-Vlaanderen 9) Plaats in vlaanderen 10) Ploegijzer 11) Ploegmes 12) Ploegschaar 13) Prater 14) Schaar 15) Theetante
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Kouter/1

Kouter

1) Babbelaar 2) Bouwland 3) Keuvelaar 4) Klapekster 5) Ploegmes 6) Ploegijzer 7) Prater 8) Theetante
Gevonden op https://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Kouter/1

Kouter

Let op: Spelling van 1858 ploegijzer, dat de kluiten op het land doorsnijdt
Gevonden op http://www.dbnl.org/tekst/weil004kuns01_01/

kouter

bouwland (toon de herkomst via de etymologiebank)
Gevonden op http://www.etymologiebank.nl/trefwoord/kouter

Kouter

bouwland, akker (over 't algemeen uitgestrekt, effen, hoog gelegen, bruingeel van kleur, vruchtbaar en gemakkelijk om bewerken) - Voorbeeld: ‘Op de hoge kouter stonden de mensen zwart, geduffeld, met de klak diep over de oren en de rode neusdoek om de hals’
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0014.php

Kouter

gesprek uitdr.: Voorbeeld: ‘een koutertje slaan’: kouten, spreken, praten - Voorbeeld: ‘Het hoorde vroeger als een karaktertrek van het landschap, waar twee voetgangers elkander betegenden, aan 't hofgat, langs een wegel, dat ze er een koutertje sloegen’
Gevonden op https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0014.php