
losrukken werkw. Uitspraak: [ 'lɔsrʏkə(n) ] Afbreekpatroon: los·ruk·ken Vervoegingen: rukte los (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft losgerukt (volt.deelw.)
met kracht lostrekken Voorbeelden: 'het door de storm losgerukte dak' , 'Ik bleef haken achter het prikkeldraad, maar kon me gelukkig snel losrukken.' Synoniemen: afrukken loss...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/losrukken

1) Lostrekken 2) Ontrukken 3) Aftrekken 4) Losscheuren 5) Ontscheuren 6) Scheuren 7) Afrukken 8) Hardhandig losmaken
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Losrukken/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.