mengen werkw. Uitspraak: [ mengə(n) ] Afbreekpatroon: men·gen Vervoegingen: mengde (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft gemengd (volt.deelw.) (verschillende dingen) bij elkaar doen en tot één geheel maken Voorbeeld: 'alle ingrediënten goed door elkaar mengen' Synoniemen: bemoeien betrekken dooreenmengen husselen inmengen melêren mi... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/mengen