de oma zelfst.naamw. (v.) Uitspraak: [ ˈoma ] Verbuigingen: oma's (meerv.) moeder van je moeder of je vader Voorbeeld: 'opa en oma' Synoniem: grootmoeder Synoniemen: bes best bestemoer bestje grootje grootmama grootmoe grootmoeder opoe 
1) Grootje 2) Figuur uit The Addams Family 3) Grootmama 4) Grootmoe 5) Grootmoeder 6) Grootmoeder van een kind 7) Grootouder 8) Omoe 9) Water 10) Meetje 11) Grammeer 12) Zorgzame oudere vrouw 13) Moemoe 14) Deel van een familie 15) Verwantschapsnaam 16) Bloedverwant 17) Bobonne 18) Vaders moeder 19) Familielid 
moeder van iemands vader of moeder; grootmoeder oude vrouw Ook als aanspreekvorm.
Oma is een Arabische jongensnaam. Het betekent `bevelhebber`. Extra info: Uit Oud Engels.
grootmoeder
grootmoeder (toon de herkomst via de etymologiebank)
moeder van je vader of moeder vb: mijn oma verwent me altijd Synoniemen: grootmoeder opoe
• [familie] de moeder van een ouder.
grootmoeder
Oma is een ander woord voor grootmoeder - de moeder van je vader of van je moeder . [basiswoordenlijst groep 4]