de oom zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ om ] Verbuigingen: ooms (meerv.) broer van je vader of moeder, of de man van de zuster van je vader of moeder Spreekwoorden en zegswijzen • eerst oom pje en dan oom pjes kinderen (=eerst ik, daarna de anderen) Naar de spreekwoorden Gevonden op https://woorden.org/woord/oom
1) Familielid 2) Moeders broer 3) Man van je tante 4) Nonkel 5) Broer van vader 6) Deel van een familie 7) Vaders broer 8) Nauwe familierelatie 9) Bloedverwant 10) Verwantschapsnaam 11) Broer van moeder 12) Onkel 13) Broer van vader of moeder Gevonden op https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Oom/1
broer of zwager van iemands vader of moeder; broer of zwager van een van iemands ouders man die geen familielid is, maar aan wie men om de ene of andere reden de titel van oom toekent, bijvoorbeeld omdat men er zeer familiair mee omgaat, omdat het een goedmoedige gezagdrager is of gewoon omdat zo iets in bepaalde kringen gebruikelijk is; ook: man d... Gevonden op https://anw.ivdnt.org/article/oom