
overhebben werkw. Uitspraak: [ 'ovərhɛbə(n) ] Afbreekpatroon: over·heb·ben Vervoegingen: had over (verl.tijd enkelv.) Vervoegingen: heeft overgehad (volt.deelw.)
overhouden en niet meer nodig hebben Voorbeeld: 'Ik heb nog drie koekjes over. De rest van het pak heb ik in mijn eentje opgegeten.' Synoniemen: overhouden ...
Gevonden op
https://woorden.org/woord/overhebben

1) Meer bezitten dan nodig is 2) Overhouden 3) Kunnen missen 4) Overkomen
Gevonden op
https://mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek/Overhebben/1
Geen exacte overeenkomst gevonden.