de peiler zelfst.naamw. (m.) Afbreekpatroon: pei·ler Verbuigingen: peilers (meerv.) Verbuigingen: peilertje (verkleinwoord) een persoon die peilt Voorbeeld: 'Zij zijn bekende peilers van de publieke opinie.' . 1 definitie... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/peiler