(Uit `De sociologische structuur onzer taal - De Jodentaal.`, 1914) (petiecha) (Hebr.): (van patach: openen) opening; openzetting der deuren. Zoo heet dan ook de synagogale ceremonie, bij een bijzonder gedeelte der liturgie, de deuren der H. Arke wijd te openen. Van hem, die deze eeretaak vervult, wordt gezegd, hij heeft de pesiecho
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10740
Geen exacte overeenkomst gevonden.