
(als liefkozing, in de vocatief) poezele, jonge vrouw, meisje - Voorbeeld: ‘
't Ergste was nu deure; en nu uwe beurt, mijn poezenelle, zei ik (...) ik verwachtte toch de leute om voor de eerste keer van mijn leven met een meissejonk te vechten!’ (Dorpslucht I 295)
Gevonden op
https://www.dbnl.org/tekst/leme001taal02_01/leme001taal02_01_0019.php
Geen exacte overeenkomst gevonden.