de radio zelfst.naamw. (m.) Uitspraak: [ ˈradijo ] Afbreekpatroon: ra·dio Verbuigingen: radio's (meerv.) 1) apparaat dat geluidsgolven opvangt en hoorbaar maakt Voorbeeld: 'de radio afzetten' Synoniem: radiotoestel 2) zender die programma's uitzendt Voorbeelden: 'bij de radio werken' , 'Radio 3' Synoniemen: omroep... Gevonden op https://www.woorden.org/woord/radio
'Radio' is draadloze telecommunicatie met radiogolven. Drie belangrijke onderdelen van een radiozender zijn de oscillator, de modulator en de antenne. Gevonden op https://nl.wikipedia.org/wiki/Radio
•toestel dat uitgezonden radiogolven kan ontvangen en omzetten in geluid. •("geen verbuiging") medium om informatie en amusement uit te zenden Gevonden op https://nl.wiktionary.org/wiki/radio
Telecommunicatiesysteem waarbij geluid en codesignalen zonder bedrading worden uitgezonden door de ruimte, door middel van elektromagnetische golven Gevonden op https://www.ksart.nl/term/radio